top of page
  • Foto van schrijverMarten Knevel

Yes ik ben, spiegel voor de kerk? - 1

Het programma 'Yes, ik ben', waarin filosoof Stine Jensen 'de kracht en keerzijde van positief denken' onderzoekt scoort geen hoge kijkcijfers op zondagavond. Ik merkte het pas op toen de tweede uitzending over 'de kracht van het woord' aangekondigd werd. Maar na het zien van die uitzending was ik meteen verkocht. En ook de derde uitzending over 'de kracht van het placebo-effect' was weer uitstekend.


Door beide uitzendingen voel ik mij als lid van de kerk (protestantse traditie) een spiegel voorgehouden. Als theoloog prikkelt het mij om vragen te formuleren voor de kerken. Ik sluit niet uit dat deze ook voor andere religieuze tradities relevant zijn.


In de uitzending over de kracht van het Woord spreekt Stine Jensen o.a. met George Lakoff, taalfilosoof. Beide blijken zeer gecharmeerd van een toespraak van Barack Obama, gehouden op Vaderdag 2008. Hij spreekt daarin over het belang van het gezin voor de ontwikkeling van kinderen en in het bijzonder over de vaderrol. Obama pleit voor een gezin en een vaderrol die kinderen een veilige, zorgzame ruimte biedt en die hen in staat stelt om zich als empathisch mens te ontwikkelen. George Lakoff herkent in die toespraak een van de twee dominante metaforen voor opvoeding die hij onderscheidt in zijn boek The Moral Project: het strict father model en het nurturant parent model. Obama reflecteert in zijn speech vooral de laatste.


Het strict father model van opvoeding kenmerkt zich door de grote waarde die gehecht wordt aan strenge discipline als methode om van kinderen sterke individuen te maken die voor zichzelf kunnen zorgen. Bij dit model behoren ouders die weten wat goed is voor hun kinderen, de idee van morele superioriteit en waardering van de sterke leider die om gehoorzaamheid vraagt.


Het nurturant parent model van opvoeding kenmerkt zich door een empathische houding van de ouders gebaseerd op een waardesysteem waarin de ervaring van de ander er toe doet. In deze opvoeding proberen ouders hun kinderen stevig te wortelen in dit waardesysteem dat hen in staat stelt zelfstandig om te gaan met het leven. Bij dit model behoren zorgzame en empathische ouders die hun kinderen het leven voorleven, maar die hen ruimte geven om hun eigen keuzes te maken.


George Lakoff betoogt tegenover Stine Jensen dat de aanhang van de republikeinse partij in de V.S. in overgrote meerderheid bestaat uit mensen die volgens het strict father model zijn opgevoed. Dit geldt ook voor c.a. 85% van de aanhang van Donald Trump. Volgens Lakoff, zullen deze mensen niet gemakkelijk van keuze veranderen. De aanhang van de democratische partij bestaat voor het overgrote deel uit mensen die volgens het nurturant parent model zijn opgevoed.


Naar aanleiding van dit onderscheid meen ik parallellen te zien in de Bijbel en in de kerk.


Zonder af te doen aan de nuance meen ik te kunnen constateren dat het Godsbeeld van het Oude Testament meer de trekken vertoont van de strict father, die directief en met tucht zijn 'kinderen' opvoedt. De oproep om je kinderen de wet in te prenten is daarvan een voorbeeld, maar ook de vele vele verwijzingen naar Gods straf op ongehoorzaamheid. Gehoorzaamheid lijkt de fundamentele eis in deze 'gezinsrelatie'. Het Godsbeeld in het Nieuwe Testament vertoont meer de trekken van de nurturant parent, misschien wel het meest pregnant verbeeld in de gelijkenis van de verloren zoon. De meest fundamentele waarde lijkt de empathische liefde, zoals bijvoorbeeld verwoord in de oproep van Jezus om de ander te behandelen zoals je zelf behandeld wilt worden.


In de kerk en in de geloofsopvoeding meen ik hetzelfde onderscheid te herkennen. De meer orthodoxe en fundamentalistische kerken vertonen in hun opvoedingspatronen en in hun Godsbeeld, meer de trekken van het strict father model. Geldende normen en opvattingen worden vrij dominant in stand gehouden en aan kinderen overgedragen. In een dergelijke voedingsbodem kon de Nashville verklaring tegen een homoseksuele levenswijze ontstaan.

De geloofsoverdracht en het Godsbeeld in middenorthodoxe en vrijzinnige kerken vertoont meer de treken van het nurturant parent model. Het Godsbeeld is meer dat van de liefhebbende empathische Vader, die kinderen voorgaat, een richting aangeeft, maar tegelijk alle ruimte biedt om eigen keuze te maken zonder kinderen definitief af te wijzen. Dat vertaalt zich in de geloofsopvoeding.


Misschien is het tegen die achtergrond niet verbazend, dat meer traditionele en fundamentalistische kerken beter in staat zijn als organisatie en geloofsgemeenschap te overleven, terwijl middenorthodoxe en vrijzinnige kerken daarmee veel meer moeite hebben. In de laatste kerken vraagt men zich geregeld af: waarom lukt het hen wel en ons niet? Moeten wij ons niet meer als zij gaan gedragen?


Mij lijkt de belangrijkste vraag welke metafoor het meest het evangelie van Jezus Christus reflecteert. Persoonlijk lijkt mij de nurturant parent metafoor meer in overeenstemming met het evangelie, dan de strict father metafoor.


Kunnen we dit gesprek in de kerk voeren?


44 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page